Soms kom je ogen tekort in het bos. Of beter: eigenlijk altijd. Kijk ik naar links, dan mis ik misschien net die ree rechts. Kijk ik omhoog om de buizerd in de lucht te volgen, dan stap ik zo op die prachtig glanzende mestkever. Overal waar je kijkt, is wat te beleven. En als je geluk hebt, ontdek je zelfs een zeldzaam dier, zoals deze mijnspin!
Tenminste… is ‘ie nou zeldzaam of niet? De experts zijn er nog niet helemaal over uit. Feit is wel dat deze beauty niet vaak gespot wordt en daarmee is en blijft hij dan toch bijzonder.
Vogelspinnen in Nederland
Zo ineens viel mijn oog op deze achtpotige wandelaar. Hij stak vlak voor mij het zandpad over. Ik heb het over de gewone mijnspin. Maar gewoon is deze spin allerminst. Samen met de kalkmijnspin de enige vogelspinnensoort van Nederland. Ja, vógelspin! Ik wist ook niet dat we die hadden. In 2013 was de mijnspin zelfs spinnensoort van het jaar.
De gewone mijnspin leeft het grootste deel van zijn of haar leven onder de grond. Vandaar dat je deze niet gauw te zien krijgt. Vanaf een jaar of vier zijn ze geslachtsrijp en dat is ook ongeveer de leeftijd waarop de mannetjes sneuvelen. Niet zo gek. Ze gaan op zoek naar een vrouwtje, verrichten de daad waar ze voor gekomen zijn. Vervolgens vindt mevrouw het goed en peuzelt hem lekker op. Extra eiwitten voor de kleintjes die eraan komen. Vrouwtjes mijnspinnen worden daarmee ook een stuk ouder. Die kunnen namelijk wel tien jaar worden. De eitjes worden in een cocon in de graafgang gelegd. De zomer erop komen ze uit en dan blijven de jonge spinnen nog een jaar bij hun moeder.
Eten of gegeten worden
Overigens leven gewone mijnspinnen in grote kolonies. De kans dat er in de buurt van mijn vondst nog meer onder de grond leven, is daarmee behoorlijk groot. Wil je daar meer van zien, dan moet je opletten of je iets van hun nest kunt ontdekken. Dat bouwen ze namelijk in holen die tot 50 cm diep de grond in kunnen gaan. De gangen bedekken ze met zijde. Een klein stukje daarvan steekt naar buiten en wordt gecamoufleerd met mos en andere natuurlijke materialen. Daardoor lijkt het op een plantenstengel. Je kunt er meerdere bij elkaar ontdekken als je goed kijkt.
Zodra er een insect op het naar buiten stekende stukje zijde – of kousje – landt, slaat de spin toe. Met de grote gifkaken sleurt de spin het slachtoffer mee de grond in. Maar mijnspinnen kunnen ook dienen als het maal van enkele vogelsoorten. Deze vogels hebben geleerd om de kousjes uit de grond te trekken, waarmee de spin mee naar boven getrokken wordt. En voilà: de maaltijd is geserveerd…
Elke wandeling is anders en je weet vooraf nooit wie of wat je tegenkomt. Dat maakt het ook zo leuk en avontuurlijk! Ga je ook eens mee op ontdekkingstocht?